Grondwettelijk Hof: de bestuurlijke lus is niet gest(r)ikt
De bestuurlijke lus geeft een bestuur de kans om ,tijdens een vernietigingsprocedure voor een administratief rechtscollege, eventuele onregelmatigheden in de bestreden beslissing met een zogenaamde herstelbeslissing te remediëren.
Met haar arrest 153/2016 van 1 december 2016 oordeelde het Grondwettelijk Hof dat deze rechtsfiguur, na aanpassingen van de Vlaamse decreetgever, voor het Milieuhandhavingscollege en de Raad voor Vergunningsbetwistingen, bestaanbaar is met de Grondwet.
Hieronder vindt u de meest opvallende conclusies van het GwH:
- het recht op tegenspraak is gewaarborgd omdat de herstelbeslissing kan aangevochten worden;
de vernieuwde bestuurlijke lus schendt het gelijkheidsbeginsel niet, onder andere omdat de termijnregeling wordt voorzien een decreet en niet door een besluit;
de termijnregeling om te antwoorden op de vraag of een bestuurlijke lus zich opdringt, doet geen afbreuk aan de rechten van verdediging.
de regel waaruit volgt dat het Milieuhandhavingscollege enkel in uitzonderlijke gevallen kan toestaan om een bestreden beslissing, al dan niet gedeeltelijk en voorlopig ,in stand te houden, doen geen afbreuk aan het vermoeden van onschuld.
Met dit arrest lijkt de bestuurlijke lus definitief verstrikt in het Vlaamse omgevingsrecht.
Verwante expertise: Leefmilieu