Investeringsbeperkingen voor de lokale overheden - Simon Cunningham : Attribution 2.0 Generic (CC BY 2.0)
Photo: Simon Cunningham : Attribution 2.0 Generic (CC BY 2.0)

- door Equal team

Investeringsbeperkingen voor de lokale overheden

Al enkele jaren stellen de begrotingscirculaires van het Waalse Gewest voor de lokale overheden een systeem in dat de investeringen van de gemeenten begrenst, de zogenoemde "balises d’investissements" of investeringsbeperkingen.

De Waalse regering maakt daarmee duidelijk dat zij zich absoluut wil houden aan het stappenplan voor de begroting dat is opgelegd door Europa en met name door het Stabiliteitspact. Deze maatregel valt onder de inspanningen die alle entiteiten op het vlak van de Belgische overheidsschuld en het overheidstekort moeten leveren om ons land op het juiste spoor te houden en dus het tekort niet te vergroten maar het af te bouwen

Het mechanisme van de investeringsbeperkingen moet verplicht worden toegepast in de begrotingen van gemeenten en geconsolideerde entiteiten volgens artikel L1124-40, §2 CDLD. Het is de bedoeling de investeringen te beperken van lokale entiteiten die worden gefinancierd door een lening voor het eigen aandeel. Investeringen die worden gerealiseerd op het eigen vermogen of met behulp van subsidies die zijn toegekend door andere bevoegdheidsniveaus worden niet beoogd door dit mechanisme.

Concreet hebben de investeringsbeperkingen tot doel het volume van de met behulp van een lening te dekken investeringsuitgaven te beperken, volgens twee vooraf bepaalde drempels:

  • € 165 per inwoner en per jaar wanneer de entiteit een tekort heeft op de balans van het boekjaar;
  • € 180 per inwoner en per jaar, of beperkt tot de gemiddelde afschrijvingskosten van de voorbije vijf jaar, voor entiteiten die een evenwicht of zelfs winst vertonen op hun balans van het boekjaar. Deze gemeenten hebben dan de keuze tussen het bedrag van de beperking of het bedrag van de gemiddelde afschrijvingskosten van de voorbije vijf jaar. Het begrotingsrondschrijven voor boekjaar 2014 vermeldt echter dat, als dat tweede bedrag veel hoger blijkt te zijn dan het bedrag van de beperking, wordt aangeraden om het bedrag van € 180 te kiezen.

Wanneer bovendien het totaalbedrag van de investeringsbeperking op het einde van een boekjaar niet is uitgegeven, mag het restant worden overgedragen naar het volgende boekjaar.

De investeringsbeperkingen beknotten de financieringsmogelijkheden van de lokale overheden aangezien deze de voorbije jaren voor gemiddeld 40% van hun financieringsmiddelen een beroep deden op leningen. Dit hoge percentage is toe te schrijven aan het voordeel van leningen: de betaling van een investering kan over verschillende jaren worden gespreid en dat vermijdt dan weer dat het hele bedrag onmiddellijk door de lokale belastingbetaler moet worden opgehoest. Dat strookt echter niet met de Europese visie, namelijk de boeking van uitgaven volgens de SEC 2010-normen.

Het nieuwe begrotingsrondschrijven voor boekjaar 2016 bevestigt dit mechanisme, dat voortaan echter “balise d’emprunts”, dus leningsbeperking wordt genoemd.

Niet-naleving van dit mechanisme kan door de toezichthoudende instantie zowel worden bestraft met de weigering om de buitengewone begroting goed te keuren – behalve in uitzonderlijke omstandigheden – als met het niet storten van 25% van het jaarlijkse bedrag uit het Fonds régional pour les investissements communaux (gewestelijk fonds voor gemeentelijke investeringen).

Het vastgestelde mankement kan dus grote financiële gevolgen hebben voor een gemeente, die haar situatie daardoor nog kan zien verslechteren.

Om de leningsbeperking voor de lokale overheden iets minder streng te maken, staat het begrotingsrondschrijven onder bepaalde voorwaarden toe dat die leningsbeperkingen niet gelden voor bepaalde investeringen. Daarvoor is wel het voorafgaande akkoord van de minister nodig, op grond van uitzonderlijke en/of specifieke omstandigheden en op voorwaarde dat er een volledig dossier wordt ingediend. Het rondschrijven bevat in dat verband een niet-limitatieve lijst met voorbeelden van investeringen die onder die categorie kunnen worden toegelaten, op voorwaarde dat de gemeente de financiële draagkracht heeft om ze uiteindelijk te betalen:

  • productieve investeringen: alle investeringen die besparingen op de werking opleveren die ten minste gelijk zijn aan de kosten van de lening, zoals investeringen die energiebesparingen opleveren;
  • rendabele investeringen: alle investeringen waarbij de kosten van de lening, ten minste, volledig worden gecompenseerd door nieuwe inkomsten;
  • investeringen om conform te zijn met de veiligheids- en hygiënenormen en de normen die zijn vastgesteld in het kader van projecten die bij besluit van de regering medegefinancierd worden door de Europese Unie.

Tot slot moeten we eraan herinneren dat het mechanisme van de leningsbeperkingen past in de globale context van de controle op en de verlaging van het begrotingstekort van de lokale overheden. Er wordt nog gedacht aan andere beperkingen, namelijk op personeel en overplaatsing van activiteiten, en op het mechanisme van het convergentieplan.

Verwante expertise: Economie and overheidsfinanciën

Nieuws

EQUAL publiceert regelmatig nieuws en artikelen over onderwerpen die ons sterk bezighouden.